Als je echt geen kaas gegeten hebt van wiskunde en je laagste score voor wiskunde 19% was, weet je genoeg dat cijfers niet mijn cup of tea zijn. Wat een tegenslag als je dan diabetes krijgt, want je wordt elke dag met zoveel cijfers geconfronteerd: je gewicht, je koolhydraten tellen, bloedsuikerwaarden op je glucosemeter, bloedsuikerwaarden op je Dexcom, HbA1c waarden.. aarrgghhh! Helemaal gek word ik daar soms van.
Cijfers staan voor mij gelijk aan rapporten en hebben vaak een pejoratieve bijklank. Het voelt aan alsof je voor de leerkracht staat met een onvoldoende. Je wacht op het verdict en de bijhorende commentaren. Terwijl jij vindt dat de cijfers best ok zijn, kan een ander aan dat cijfer een heel andere waarde geven. Op rapporten is het de bedoeling dat je zo hoog mogelijk scoort. Bij het HbA1c is net het weer de bedoeling dat je zo laag mogelijk scoort, als het even kan toch onder de 7.5% (om mogelijke complicaties voor te zijn, zie je), maar ook weer niet te laag. Ook al hebben mensen zonder diabetes een waarde tussen 4 – 6%, voor mensen met diabetes zou dat dan weer te laag zijn. Want dat zou betekenen dat je veel te vaak lage waarden hebt.
We worden aangeleerd om zo vaak mogelijk goede waarden te hebbben. Dat wil zeggen, ’s morgens nuchter < 100 mg/dl. Maar ook weer niet te laag, want dan moet je al suiker gaan innemen. Waarden tussen 80 – 140 mg/dl zijn prima overdag, maar die 80 is misschien net iets te laag voor het slapengaan. Snap het maar allemaal hè, als persoon die een hekel had aan wiskunde.
Hoe leg je aan buitenstaanders uit, dat 100 een perfecte waarde is voor iemand met diabetes, maar soms ook weer niet? Die 100 is schitterend in de meeste gevallen, maar niet als je van plan bent om een lange autorit te maken of 2u met de fiets te gaan rijden. Die 100 is niet zo goed als je ziek bent en geen eten kan binnenhouden. Die 100 kan het ene moment heel wat anders zeggen dan het andere. Plots is 100 niet langer gelijk aan 100. Wat zou mijn toenmalige wiskundeleerkracht daarop weten te zeggen?
Die 100 op de eerste foto was geweldig. En dat na het eten van een Berlijnse Bol als ontbijt. Niet meteen de gezondste keuze, maar wel mega lekker en uiteindelijk toch heel goed qua suikerwaarden. Op de tweede foto zie je ook die 100, maar de voorgeschiedenis was iets minder appetijtelijk. Hoog, laag, hoog, laag en nog lager en weer hoog. Om uiteindelijk ook op die 100 te landen.
Die tussenmomenten zie je niet, als je enkel een glucosemeter ter beschikking hebt. Dan kan je voor je eerste maaltijd 100 staan en bij je tweede maaltijd weer 100, maar wat er tussentijds gebeurd is, weet je niet. Had je een redelijke flatline of zat je op een rollercoaster? Dexcom is mijn maatje, mijn toeverlaat en ook mijn barometer van hoe ik me voel. En bij de ene 100 voel ik me beter dan bij de andere. Als je nog kan volgen tenminste…
Zoete groet,
Cathy